regelbalk



 

Canto 10

S'rî S'rî Gurv-ashthaka

 
 

Hoofdstuk 5: Krishna's Geboorteplechtigheid en de Ontmoeting van Nanda Mahârâja en Vasudeva


(1-2)
S'rî S'uka zei: 'Nanda was een man van grote toewijding. Dolblij dat er een zoon was geboren nodigde hij de geleerden thuis in de Veda uit, reinigde zichzelf middels een bad en kleedde zich netjes aan. Om de geboorte te vieren [met een jâtakarmaplechtigheid*] zoals dat was voorgeschreven, liet hij de mantra's zingen en zorgde hij er ook voor dat de voorvaderen en de halfgoden werden aanbeden. (3) Aan de brahmanen schonk hij in liefdadigheid talloze volledig opgesierde melkkoeien en zeven bergen sesamzaad, massa's juwelen en met goud bestikte stof. (4) Materiële dingen worden gezuiverd door de tijd, door ze te wassen en te baden, door riten, door te boeten, door aanbidding, door liefdadigheid en door tevredenheid, maar de ziel wordt gezuiverd door zelfrealisatie. (5) De geleerden, de verhalenvertellers, de reciteerders en de zangers bedienden zich van woorden die alles en iedereen zuiverden, terwijl de bherî's en dundubhi's [trommels] voortdurend klonken. (6) Heel Vraja werd schoongeveegd, de ingangen, binnenplaatsen en binnenkamers werden besprenkeld met water, en een keur aan slingers en vlaggen sierden erebogen gemaakt van bloemenslingers, stukken stof en mangobladeren. (7) De koeien, stieren en kalveren werden ingesmeerd met turmeric-olie en versierd met allerlei grondkleuren, pauwenveren, stoffen, gouden ornamenten en bloemen. (8) O Koning, de koeherders [de gopa's] die zich daar verzamelden, brachten allerlei geschenken mee en waren uitgedost in de meest kostbare kledingstukken, met waardevolle juwelen, overjassen en tulbanden. (9) De koeherdersvrouwen [de gopî's] waren er ook blij mee om te horen dat moeder Yas'odâ het leven had geschonken aan een jongen, en toonden zich op hun best door te verschijnen in feestelijke kleding met hun ogen opgemaakt en juwelen om en dergelijke. (10) Met hun lotusgezichten allerprachtigst gesierd met saffraan en verse kunkuma, haastten ze zich derwaarts met offergaven in hun handen met deinende boezems en heupen. (11) De gopî's droegen schitterend gepolijste oorbellen bezet met edelstenen, hadden kettingen van gouden munten om hun nek en gingen gekleed in fraai bestikte kleren. Het was een lust voor het oog om ze, met hun slingerende armbanden, oorhangers, borsten en bloemenslingers, aldus gekleed op weg te zien naar het huis van Nanda, terwijl een regen van bloemen uit hun haar naar beneden viel. (12) Ze spraken allen een lange tijd zegeningen uit voor de pasgeborene, zoals 'pâhi' ['wees beschermd'], en besprenkelden de Ongeboren Heer met turmeric-olie terwijl ze gebeden opzegden. (13) Met het verschijnen van Krishna, de Onbegrensde Heer en Meester van het Ganse Universum, in Nanda's koeiengemeenschap, weerklonken er veel verschillende muziekinstrumenten samen in één groot feest. (14) De gopa's zich vermakend, gooiden yoghurt, melk en karnemelk naar elkaar en smeerden met boter. (15-16)  Om zijn kind de beste vooruitzichten te bieden en om Heer Vishnu te behagen, vereerde Nanda, die nobele ziel, warmhartig de gopa's en de verhalenvertellers, de reciteerders, de zangers, en zij die met hun scholing de kost verdienden, met alles wat ze maar konden gebruiken of zich konden wensen aan kleding, sierselen en koeien [zie ook 7.14: 17]. (17) De hoogst fortuinlijke Rohinî [de moeder van Baladeva, zie 10.2: 7] werd gefeliciteerd door Nanda en Yas'odâ, en ook zij, prachtig aangekleed en met een bloemenslinger en een halsketting om, was druk in de weer [met het ontvangen van gasten]. (18) O Koning, van die tijd af aan ontstond er in het koeiengebied van Nanda de grootste weelde met alle vormen van rijkdom, omdat het, nu het de verblijfplaats van de Heer vormde, door Zijn bovenzinnelijke kwaliteiten was getransformeerd in een plaats voor het spel en vermaak van Ramâ [de Godin van het Geluk, zie 8.8: 8].

(19) Nanda droeg daarna de bescherming van Gokula [het koeiendorp] over aan zijn koeherders en ging naar Mathurâ om Kamsa de jaarlijkse belasting over zijn winst te overhandigen, o beste van de Kurudynastie. (20) Vasudeva, die hoorde dat zijn [jongere stief-]broer Nanda [**] was gearriveerd [in de stad] - naar bleek om de koning de eer te bewijzen, begaf zich daarop naar zijn kamp. (21) Toen Nanda hem opeens voor zich zag, stond hij verheugd op alsof zijn lichaam een nieuw leven had gevonden en omarmde hij, overmand door liefde en genegenheid, zijn dierbare vriend. (22) Hij verwelkomde hem respectvol met alle eer, wees hem een zitplaats en informeerde naar zijn gezondheid. Vervolgens vroeg Vasudeva, gehecht als hij was, naar zijn twee zoons en zei hij het volgende, o heerser over de wereld. (23) 'Beste broeder Nanda, op leeftijd en geen zoon hebbend, verlangde je er wanhopig naar er een te krijgen. Wat een geluk dat je nu een zoon hebt gekregen! (24) En wat een geluk is het ook om jou hier vandaag te treffen; het is als een wedergeboorte. Hoe lastig is het niet om, ondanks je aanwezigheid in deze wereld van geboorte en dood, je dierbaren weer eens terug te zien! (25) Zoals dingen die drijvend in een rivier worden meegevoerd door de kracht van de golven, blijven wij, met de nauwe band die we hebben, niet [bij elkaar] op één en dezelfde plaats, omdat onze wegen zich scheiden als gevolg van ons karma. (26) Gaat alles goed met de koeienzaken? Is er genoeg water, gras, planten en zo meer, in het grote bos waar je nu leeft met je vrienden? (27) O broeder, beschouwt mijn zoon, die met Zijn moeder [Rohinî] bij jou in huis woont, je als Zijn vader, en is Hij een lieve jongen onder jullie liefdevolle zorg? (28) De drie in de Vedische literatuur vermelde levensdoelen van een persoon [van geregelde lusten, financiën en rituelen], vinden hun navolging en geloof in het samenzijn. Maar dat is niet zo als dat samenzijn moeilijk is geworden, dan verliezen ze hun zeggingskracht.'

(29) S'rî Nanda zei: 'Kamsa doodde, helaas, de vele zoons die je had met Devakî, en ook het ene kind dat er overbleef, de jongste, een dochter, ging naar de hemel. (30) Het lot bepaalt het einde van alle dingen, de voorzienigheid staat boven ieder levend wezen, en het ongeziene vormt de uiteindelijke waarheid van de ziel. Hij die dat weet zal nimmer verbijsterd raken.'

(31) S'rî Vasudeva zei: 'Nu dat je de koning zijn jaarlijkse penningen hebt betaald en wij elkaar ontmoet hebben, moeten we niet nog meer dagen hier samen doorbrengen. Er kan wel iets in Gokula zijn gebeurd!'

(32) S'rî S'uka zei: 'Na dat advies van Vasudeva excuseerden Nanda en de gopa's zich, spanden ze hun ossen voor hun ossenwagens, en vertrokken ze naar Gokula.'
 

 

next        

 
 

Derde herziene editie, geladen 2 mei, 2020.

 

 

 

 

Voorgaande Aadhar-editie en Vedabase links:

Tekst 1-2

S'rî S'uka zei: 'Nanda was een man van grote toewijding. Dolblij dat er een zoon was geboren nodigde hij de geleerden thuis in de Veda uit, reinigde zichzelf middels een bad en kleedde zich netjes aan. Om de geboorte te vieren [met een jâtakarmaplechtigheid*] zoals dat was voorgeschreven, liet hij de mantra's zingen en zorgde hij er ook voor dat de voorvaderen en de halfgoden werden aanbeden.
S'rî S'uka zei: 'Nanda dolblij dat er een zoon was geboren, nodigde grootmoedig de geschoolden thuis in de Veda uit, reinigde zichzelf middels een bad en kleedde zich netjes aan. Om de geboorte te vieren [in jâtakarma*] liet hij de mantra's chanten en voorzag hij eveneens in de eredienst van de voorvaderen en de halfgoden zoals dat was voorgeschreven. (Vedabase)

  

Tekst 3

Aan de brahmanen schonk hij in liefdadigheid talloze volledig opgesierde melkkoeien en zeven bergen sesamzaad, massa's juwelen en met goud bestikte stof.

Aan de brahmanen schonk hij in liefdadigheid talloze volledig opgesierde melkkoeien en zeven bergen sesamzaad, bezaaid met juwelen en met goud bestikte stof. (Vedabase)

 

Tekst 4

Materiële dingen worden gezuiverd door de tijd, door ze te wassen en te baden, door riten, door te boeten, door aanbidding, door liefdadigheid en door tevredenheid, maar de ziel wordt gezuiverd door zelfrealisatie.

Door de tijd, door te baden, door zuiveringsrituelen, door verzaking en door aanbidding raakt in liefdadigheid en tevredenheid al wat men heeft gezuiverd, maar de ziel raakt gezuiverd door zelfrealisatie. (Vedabase)

 

Tekst 5

De geleerden, de verhalenvertellers, de reciteerders en de zangers bedienden zich van woorden die alles en iedereen zuiverden, terwijl de  bherî's en dundubhi's [trommels] voortdurend klonken.

Onder het voortdurend weerklinken van bherî's en dundubhi's [trommels] bedienden de geleerden, de verhalenvertellers, de reciteerders en de zangers zich van woorden die alles en iedereen zuiverden.  (Vedabase)

 

Tekst 6

Heel Vraja werd schoongeveegd, de ingangen, binnenplaatsen en binnenkamers werden besprenkeld met water, en een keur aan slingers en vlaggen sierden erebogen gemaakt van bloemenslingers, stukken stof en mangobladeren.

Heel Vraja werd schoongemaakt; alle doorgangen, binnenplaatsen en binnenkamers werden schoongewassen en een keur aan slingers en vlaggen sierden erebogen van bloemslingers, stukken stof en mangobladeren. (Vedabase)

 

Tekst 7

De koeien, stieren en kalveren werden ingesmeerd met turmeric-olie en versierd met allerlei grondkleuren, pauwenveren, stoffen, gouden ornamenten en bloemen.

De koeien, stieren en kalveren werden ingesmeerd met turmeric-olie en versierd met grondkleuren, pauwenveren, stoffen, gouden sierselen en bloemen. (Vedabase)

  

Tekst 8

O Koning, de koeherders [de gopa's] die zich daar verzamelden, brachten allerlei geschenken mee en waren uitgedost in de meest kostbare kledingstukken, met waardevolle juwelen, overjassen en tulbanden.

O Koning, de koeherders [de gopa's] die zich verzamelden waren uitgedost met de meest kostbare ornamenten en kledingstukken als overjassen en tulbanden en brachten allerlei gaven met zich mee.   (Vedabase)

    

Tekst 9

De koeherdersvrouwen [de gopî's] waren er ook blij mee om te horen dat moeder Yas'odâ het leven had geschonken aan een jongen, en toonden zich op hun best door te verschijnen in feestelijke kleding met hun ogen opgemaakt en juwelen om en dergelijke.

De koeherdersvrouwen [de gopî's] waren eveneens blij te horen dat moeder Yas'odâ het leven had geschonken aan een jongen en toonden zich op hun best verschijnend in feestelijke kleding met hun ogen opgemaakt en juwelen om en dergelijke.  (Vedabase)

 

Tekst 10

Met hun lotusgezichten allerprachtigst gesierd met saffraan en verse kunkuma, haastten ze zich derwaarts met offergaven in hun handen met deinende boezems en heupen.

Met hun allerprachtigste lotusgezichten en sieraden, saffraan en verse kunkum, haastten ze zich met deinende boezems en heupen derwaarts met offergaven in hun handen. (Vedabase)

 

Tekst 11

De gopî's droegen schitterend gepolijste oorbellen bezet met edelstenen, hadden kettingen van gouden munten om hun nek en gingen gekleed in fraai bestikte kleren. Het was een lust voor het oog om ze, met hun slingerende armbanden, oorhangers, borsten en bloemenslingers, aldus gekleed op weg te zien naar het huis van Nanda, terwijl een regen van bloemen uit hun haar naar beneden viel.

De gopî's droegen prachtige oorbellen met edelstenen, hadden kettingen van gouden munten om hun nek en hadden hun kledingstukken fraai bestikt terwijl op weg naar het huis van Nanda een regen van bloemen naar beneden kwam van hun slingers; met de kledij en hun slingerende armbanden, oorhangers, borsten en bloemenslingers waren ze een lust voor het oog. (Vedabase)

 

Tekst 12

Ze spraken allen een lange tijd zegeningen uit voor de pasgeborene, zoals 'pâhi' ['wees beschermd'], en besprenkelden de Ongeboren Heer met turmeric-olie terwijl ze gebeden opzegden.

Allen spraken langdurig zegeningen uit voor de pasgeborene zoals 'pâhi' ['weest beschermd'] en besprenkelden met gebeden de Ongeboren Heer met turmeric-olie. (Vedabase)

 

Tekst 13

Met het verschijnen van Krishna, de Onbegrensde Heer en Meester van het Ganse Universum, in Nanda's koeiengemeenschap, weerklonken er veel verschillende muziekinstrumenten samen in één groot feest.

Met de komst in Nanda's koeiengemeenschap van Krishna, de Onbegrensde Beheerser van het Ganse Universum, weerklonk een verscheidenheid aan muziekinstrumenten in één groot feest. (Vedabase)

 

Tekst 14

De gopa's zich vermakend, gooiden yoghurt, melk en karnemelk naar elkaar en smeerden met boter. 

Zich vermakend gooiden de gopa's yoghurt, melk en karnemelk naar elkaar en smeerden ze elkaar in met de boter. (Vedabase)

 

Tekst 15-16

Om zijn kind de beste vooruitzichten te bieden en om Heer Vishnu te behagen, vereerde Nanda, die nobele ziel, warmhartig de gopa's en de verhalenvertellers, de reciteerders, de zangers, en zij die met hun scholing de kost verdienden, met alles wat ze maar konden gebruiken of zich konden wensen aan kleding, sierselen en koeien [zie ook 7.14: 17].

Hen zowel als de verhalenvertellers, de reciteerders en de zangers en allen die met hun scholing de kost verdienden het ruimste hart toedragend was, om zijn kind de beste vooruitzichten te bieden, die nobele ziel, Nanda, met de bedoeling Heer Vishnu te behagen van eerbetoon met wat ze ook maar konden gebruiken of zich konden wensen aan kleding, sierselen en koeien [zie ook 7.14: 17].  (Vedabase)

 

Tekst 17

De hoogst fortuinlijke Rohinî [de moeder van Baladeva, zie 10.2: 7] werd gefeliciteerd door Nanda en Yas'odâ, en ook zij, prachtig aangekleed en met een bloemenslinger en een halsketting om, was druk in de weer [met het ontvangen van gasten].

De hoogst fortuinlijke Rohinî [de moeder van Baladeva die zich daar schuilhield, zie 10.2: 7] was het ook naar de zin gemaakt door de beschermer die Nanda was; ze was druk in de weer prachtig met haar kleding, bloemenslinger en de opsmuk van een halsketting. (Vedabase)

 

Tekst 18

O Koning, van die tijd af aan ontstond er in het koeiengebied van Nanda de grootste weelde met alle vormen van rijkdom, omdat het, nu het de verblijfplaats van de Heer vormde, door Zijn bovenzinnelijke kwaliteiten was getransformeerd in een plaats voor het spel en vermaak van Ramâ [de Godin van het Geluk, zie 8.8: 8].

O Koning, van die tijd af aan ontstond in het koeiengebied van Nanda de grootste weelde met alle rijkdom daar het, als de plaats waar de Heer zich ophield, door Zijn bovenzinnelijke kwaliteiten de plaats was geworden voor het spel en vermaak van Ramâ [de Godin van het geluk, zie 8.8: 8]. (Vedabase)

 

Tekst 19

Nanda droeg daarna de bescherming van Gokula [het koeiendorp] over aan zijn koeherders en ging naar Mathurâ om Kamsa de jaarlijkse belasting over zijn winst te overhandigen, o beste van de Kurudynastie.

Nanda, nadat hij de bescherming over Gokula [het koeiendorp] had overgedragen aan de koeherders, ging naar Mathurâ om van zijn winst zijn jaarlijkse belasting af te dragen aan Kamsa, o beste van de Kuru-dynastie. (Vedabase)

 

Tekst 20

Vasudeva, die hoorde dat zijn [jongere stief-]broer Nanda [**] was gearriveerd [in de stad] - naar bleek om de koning de eer te bewijzen, begaf zich daarop naar zijn kamp.

Vasudeva, toen hij hoorde dat zijn [jongere stief-]broer Nanda [**] was vertrokken - naar verluid om de koning de eer te bewijzen - begaf hij zich naar waar hij verbleef. (Vedabase)

 

Tekst 21

Toen Nanda hem opeens voor zich zag, stond hij verheugd op alsof zijn lichaam een nieuw leven had gevonden en omarmde hij, overmand door liefde en genegenheid, zijn dierbare vriend.

Hem [Vasudeva] zo opeens voor zich ziend stond hij verheugd op alsof zijn lichaam een nieuw leven had gevonden en overmand door liefde en genegenheid omarmde hij zijn dierbare vriend. (Vedabase)

 

Tekst 22

Hij verwelkomde hem respectvol met alle eer, wees hem een zitplaats en informeerde naar zijn gezondheid. Vervolgens vroeg Vasudeva, gehecht als hij was, naar zijn twee zoons en zei hij het volgende, o heerser over de wereld.

Met alle eerbetoon verwelkomd, naar zijn gezondheid gevraagd en met een zitplaats bedacht vroeg hij [Vasudeva], gehecht als hij was, naar zijn eigen twee zoons het volgende zeggend, o heerser over de wereld. (Vedabase)

  

Tekst 23

'Beste broeder Nanda, op leeftijd en geen zoon hebbend, verlangde je er wanhopig naar er een te krijgen. Wat een geluk dat je nu een zoon hebt gekregen!

'Beste broeder Nanda, welk een geluk is je ten deel gevallen nu het zich heeft voorgedaan dat je de zoon hebt gekregen waar je, op leeftijd zijnde en er geen hebbend, zo wanhopig naar uitzag. (Vedabase)

 

Tekst 24

En wat een geluk is het ook om jou hier vandaag te treffen; het is als een wedergeboorte. Hoe lastig is het niet om, ondanks je aanwezigheid in deze wereld van geboorte en dood, je dierbaren weer eens terug te zien!

En wat een geluk ook om jou vandaag hier te treffen, het is als een wedergeboorte; hoe lastig is het niet om, ookal verblijft men in deze wereld van geboorte en dood, je dierbaren weer opnieuw te treffen!  (Vedabase)

 

Tekst 25

Zoals dingen die drijvend in een rivier worden meegevoerd door de kracht van de golven, blijven wij, met de nauwe band die we hebben, niet [bij elkaar] op één en dezelfde plaats, omdat onze wegen zich scheiden als gevolg van ons karma. 

Zoals dingen drijvend in een rivier worden meegevoerd door de kracht van de golven houden wij, met de nauwe band die we hebben, ons niet op één en dezelfde plaats op met het uiteenlopen van onze karmische wegen. (Vedabase)

 

Tekst 26

Gaat alles goed met de koeienzaken? Is er genoeg water, gras, planten en zo meer, in het grote bos waar je nu leeft met je vrienden?

Gaat alles goed met de koeienzaken, is er genoeg water, gras, planten en dat alles in het grote bos waar je nu leeft met je vrienden? (Vedabase)

 

Tekst 27

O broeder, beschouwt mijn zoon, die met Zijn moeder [Rohinî] bij jou in huis woont, je als Zijn vader, en is Hij een lieve jongen onder jullie liefdevolle zorg?

O broeder, beschouwt mijn zoon, met Zijn moeder bij jou in huis levend, je als Zijn vader en is Hij een lieve jongen onder jullie beider zorg? (Vedabase)

 

Tekst 28

De drie in de Vedische literatuur vermelde levensdoelen van een persoon [van geregelde lusten, financiën en rituelen], vinden hun navolging en geloof in het samenzijn. Maar dat is niet zo als dat samenzijn moeilijk is geworden, dan verliezen ze hun zeggingskracht.'

De drie voorgeschreven levensdoelen van een persoon [van geregelde lusten, financiën en rituelen] vinden hun betekenis en werking in het samenzijn, maar dat is niet zo als dat samenzijn moeilijk is geworden, dan verliezen ze hun zeggingskracht.' (Vedabase)

 

Tekst 29

S'rî Nanda zei: 'Kamsa doodde, helaas, de vele zoons die je had met Devakî, en ook het ene kind dat er overbleef, de jongste, een dochter, ging naar de hemel.

S'rî Nanda zei: 'Hoe spijtig is het dat de vele zoons die je had met Devakî door Kamsa ter dood werden gebracht en dat ook die ene die overbleef, de jongste, een dochter, naar de hemel is vertrokken.  (Vedabase)

 

Tekst 30

Het lot bepaalt het einde van alle dingen, de voorzienigheid staat boven ieder levend wezen, en het ongeziene vormt de uiteindelijke waarheid van de ziel. Hij die dat weet zal nimmer verbijsterd raken.'

Door de Ongeziene inderdaad vindt alles zijn vervulling, de Ongeziene vormt het uiteindelijke voor iedereen die leeft; die lotsbestemming is iemands uiteindelijke waarheid en hij die dat weet zal niet verbijsterd raken.' (Vedabase)


 Tekst 31

S'rî Vasudeva zei: 'Nu dat je de koning zijn jaarlijkse penningen hebt betaald en wij elkaar ontmoet hebben, moeten we niet nog meer dagen hier samen doorbrengen. Er kan wel iets in Gokula zijn gebeurd!'

S'rî Vasudeva zei: 'Nu dat je de koning zijn jaarlijkse penningen hebt betaald en wij elkaar getroffen hebben, zouden we beiden hier niet nog langer moeten blijven, er zou zich iets kunnen hebben voorgedaan in Gokula!' (Vedabase)

 

Tekst 32

S'rî S'uka zei: 'Na dat advies van Vasudeva excuseerden Nanda en de gopa's zich, spanden ze hun ossen voor hun ossenwagens, en vertrokken ze naar Gokula.'

S'rî S'uka zei: 'Met dat advies afscheid nemend spanden Nanda en zijn metgezellen hun ossen voor hun ossenwagens en vertrokken ze naar Gokula.' (Vedabase)

 

*: De jâtakarma geboorteplechtigheid, welke plaats kan vinden zo gauw de navelstreng, waarmee het kind aan de placenta vastzit, is doorgesneden, bestaat er uit dat de tong van de nieuwgeborene driemaal met ghee wordt aangestipt voorafgegaan door inleidende gebeden. De geboorteceremonie van Krishna wordt ook wel Nandotsava genoemd. De dag dat jaarlijks Zijn geboorte wordt gevierd wordt Janmâshthamî genoemd [de achtste dag van de maand Bhâdra of S'râvana (Augustus-September)]

**: De paramparâ verduidelijkt: 'Vasudeva en Nanda Mahârâja waren dermate nauw met elkaar verbonden dat ze leefden als broers. Verder leren we van de notities van S'rîpâda Madhvâcârya dat Vasudeva en Nanda Mahârâja stiefbroers waren. Vasudeva's vader, S'ûrasena, trouwde met een vais'ya meisje, en uit haar nam Nanda Mahârâja zijn geboorte. Later, trouwde Nanda Mahârâja zelf met een vais'ya meisje, Yas'odâ. Daarom wordt deze familie gerespecteerd als een vais'ya familie, en nam Krishna, zich identificerend als hun zoon, de zorg op zich voor vais'ya zaken als de zorg voor koeien (krishi-go-rakshya-vânijyam, B.G. 18: 44).'

 

 

 

 

 

Creative Commons License
De tekst en de audio worden aangeboden onder de
Creative Commons Attribution-Noncommercial-Share Alike 3.0 Unported License.

Het eerste schilderij is getiteld:'Yashoda bathing the child Krishna', Bhagavata Purana Manuscript,
The Yorck Project: 10.000 Meisterwerke der Malerei.
Source.
Het tweede schilderij is getiteld: "Rao Ram Singh I of Kota Plays Nanda".
Possibly a page from a dispersed series of the Bhagavata Purana (Story of the Lord Vishnu)
Made in Kota c. 1700., Rajasthan, India. Source:
Philadelphia Museum of Art.
Productie: de
Filognostische Associatie van De Orde van de Tijd.

 

 

Feed-back | Links | Downloads | MuziekAfbeeldingen | Wat is er Nieuw? | Zoeken | Donaties